dinsdag 26 februari 2013

Donderdag 28 maart: HB 015 Thema-avond over versnellen


Hoogbegaafde kinderen lopen al snel voor op hun klasgenoten. Wanneer besluit je tot versnellen? Hoe zit het met de sociaal-emotionele ontwikkeling? Waar loop je tegenaan, wat zijn de gevolgen?


Een jaar doorstromen in het onderwijs is een pittig besluit, zowel voor ouders als voor  school (en het kind niet te vergeten). Vele ouders en leerkrachten van hoogbegaafde kinderen komen op enig moment met het fenomeen versnellen in aanraking en moeten daar een beslissing over nemen.
HB 015 geeft met deze thema-avond een uitgelezen kans om vanuit verschillende kanten het onderwerp ‘versnellen’ te verkennen en uit te diepen. 
Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders en school om te komen tot wat het beste is voor het kind. Wij nodigen dan ook zowel ouders als mensen uit het onderwijs van harte uit om deel te nemen aan deze avond.

Wij hebben een spreker van het CBO (Centrum Begaafdheid Onderzoek) uit Nijmegen uitgenodigd om te vertellen over wat er bekend is over de gevolgen van versnellen. Verder creëren we gelegenheid om in gesprek te raken over dit onderwerp, met elkaar, met mensen die er ervaring mee hebben vanuit hun ouderrol of vanuit school, met een IB-er die er meer over kan vertellen. Dit zullen we zo organiseren dat mensen met kinderen in dezelfde leeftijdsgroep elkaar kunnen vinden.
Wij hebben al gemerkt dat versnellen een onderwerp is dat aanspreekt. Wij hopen dan ook dat veel mensen besluiten naar deze informatieve avond zullen komen.
Deze keer zijn wij genoodzaakt entree te heffen: €12,- per persoon.
Het is in verband met ruimte en financiën belangrijk in beeld te hebben hoeveel mensen er gaan komen, dringend verzoek dus om aan te melden of, en met hoeveel mensen je van plan bent te komen.
Verspreid deze uitnodiging in jouw netwerk zodat zoveel mogelijk mensen op de hoogte zijn!

Aanmelden kan door een mail naar info@hb015.nl te sturen. Nadere info over betaling en locatie volgt.
Heb je vragen die je graag beantwoord zou zien? Die kun je naar hetzelfde mailadres sturen.

zaterdag 23 februari 2013

De comfortzone van hoogbegaafde kinderen

Het woord comfortzone roept prettige associaties op. Daar voel je je op je gemak, ben je ontspannen, heb je alles onder controle. Waar is dan die comfortzone? Meestal is die thuis, school wordt ook genoemd.
Deze dag hebben we het over de comfortzone in de Clever Kids-training.
We starten bij de letterlijke invulling ervan, als zijnde een plaats. Maar natuurlijk is er ook een geestelijke comfortzone, dat snappen ze wel. Dat is het gebied dat je al beheerst, dat je foutloos maakt, dat je geen moeite kost. Eigenlijk het gebied dus waar je niets leert. Om buiten dat gebiedje te stappen kost soms moeite, je moet een drempel over. Een van de meisjes geeft aan dat die drempel soms hoger is dan je verwacht. Om verder te komen is het noodzakelijk dat je het gebied buiten de comfortzone in gaat en daar is soms wilskracht en doorzettingsvermogen voor nodig.



Toch is het ook fijn om te ontdekken dat die drempel niet altijd voor alle vaardigheden even hoog is. Dat je bij koken bijvoorbeeld zonder veel nadenken gaat proberen een moeilijker gerecht te bereiden.
Het is belangrijk dat de de kinderen in de gaten hebben dat buiten hun comfortzone uitdagingen liggen en dat ze gelukkig niet zo ver over de grens van die gemakszone hoeven om iets te leren. Sterker nog, iets leren wat nog net buiten je bereik ligt, is leuk want haalbaar. Als je je uitdaging te ver weg zoekt en niet in de gaten hebt dat je daar via een weg van kleine stapjes kunt komen, is dat een onhaalbare missie en geef je op.

Het leuke is dat je comfortzone steeds groeit en verandert, dan komt er weer een nieuw leergebied in zicht. Ieders comfortzone ziet er anders uit. Een meisje merkt op dat uitbreiding bij haar snel gaat, iets is al snel geen leergebied meer omdat ze het snel snapt. Dat is een van de onderdelen van hoogbegaafdheid: hoogbegaafde kinderen hebben genoeg aan één à twee keer uitleg, terwijl de meeste anderen zes tot acht keer herhaling nodig hebben.
De meiden gaan dit hele verhaal zelf tekenen en moeten het daarna aan de hand van hun tekening aan mij kunnen uitleggen. Pas als dat lukt, heb je je echt eigen gemaakt waar het over gaat. Met wat moeite en hulpvragen lukte het hen, een activiteit die precies in hun leerzone zat. Ze hebben daarnaast hun eigen leerzone verkend. Het was een zinnige bijeenkomst met veel plezier. (Kik hier voor meer foto's)
Comfortzone in je hoofd
Comfortzone omringd door leergebied

donderdag 21 februari 2013

Wat is die stip aan de horizon? Gesprek in de PlusKlusKlas.

Woensdag, PlusKlus-dag. De ervaringen van vorige week in het Maritiem Museum hebben we verwerkt een werkboekje. Een opdracht met gestapelde containers, een som waarin iedere gesjouwde zak steeds iets meer opbrengt en je moet uitrekenen hoeveel je dan verdient en een rebus die ze na wat instructie allemaal oplossen. 
Verder is er een blad waarbij de kinderen een atlas nodig hebben. Ze gaan opzoeken waar vijf grote havensteden in Europa liggen. Hier is wel begeleiding nodig, ze moeten goed kijken en de vorm van de landen vergelijken, hard werken! Fijn als het gelukt is.

Bij scheepsvaart horen allemaal speciale woorden voor allerlei situaties. Een schip kan schipbreuk lijden en degene die zich dan moet redden is een 'schipbreukeling'. Hoe moet die zich redden? Daar praten we over. Als je geluk hebt kun je in zo'n klein reddingsbootje stappen dat op de grote boot klaar hangt. Als dat niet lukt klamp je je vast aan alles wat drijft en het zou zo maar kunnen dat je dan naar een eiland drijft, een onbewoond eiland misschien wel. En dan? Daar hebben we een lied over, over een schipbreukeling met een miezerig bestaan. Maar dan is daar een stip aan de horizon!
Daar worden we blij en opgewonden van, maar waarom eigenlijk? Wat is een horizon en wat is die stip? Waarom is het een stip? Het is een stip omdat het iets heel ver weg is, dan wordt het heel klein. Ze gaan denken. Die stip zou een schip kunnen zijn maar ook: een meteoriet! Zo mengt de actualiteit zich even uitgebreid in ons gesprek.
Uiteindelijk zingen we allemaal enthousiast het refrein:

Schipbreukeling, schipbreukeling
Wat een mieze-mieze-miezerig bestaan
Schipbreukeling, schipbreukeling
Midden op de oceaanDaar is een stip aan de horizon!
Een schip aan de horizon!
Zwaaien met je onderbroek
Zwaaien met je hemd
O nee, ’t is al weer weg
O jee, ’t is al weer weg
Pech, pech, pech

(Uit het lied Schipbreukeling van Leen Jongewaard in Ja Zuster, Nee Zuster)

Het laatste deel van de ochtend wordt verder gebouwd aan de boot, daar moeten vissen en een papagaai bij, een anker aan een touw zodat we niet stiekem wegdobberen als we dat niet willen. Opruimen en dan is de laatste bijeenkomst voor de vakantie alweer voorbij.
Meer foto's van deze ochtend.

Goed bericht: alle kinderen komen na de vakantie weer naar de PlusKlusKlas terug. In de vakantie gaan de juffen brainstormen over wat er dan aan bod gaat komen.

De PlusKlusKlas is nog niet vol. Ben je benieuwd of het iets voor jouw kind is? Kom een keer kennismaken. Voor informatie klik website Kolibrie KinderCoaching of bel 06-4117 9934. Na de vakantie begint een nieuw blok, mooi moment om in te stappen.

donderdag 14 februari 2013

PlusKlusKlas optimaal betrokken in Maritiem Museum

We hadden er allemaal veel zin in, we gingen naar het Maritiem Museum. Een van de jongens was jammer genoeg ziek, we gingen dus met vijf kinderen op pad. In de klas werden de PlusKlusKlas-shirtjes aangedaan. Zo, nu waren we echt een klasje.
Onderweg in de auto wordt bijvoorbeeld het dashboard bestudeerd. Daar is klokje dat de temperatuur aangeeft en die blijkt onderweg regelmatig te veranderen (variërend van 1 tot 6 graden). Sommige kinderen kennen de weg naar Rotterdam goed, ze weten bijvoorbeeld precies waar hun vader werkt. Leuk om gesprekjes onderling te kunnen horen, van de wens om boer te zijn en hoe die zijn geld verdient, tot het ontstaan van het eerste leven op aarde.
Vanuit de parkeergarage (grapje: "wat een saai museum is dit") lopen we richting het museum. Als we binnen zijn, gaan we eerst wat eten. Sommigen hebben drang om te spelen en te klimmen. We beloven dat dat mag als we boven in het Professor Plons-deel zijn. 
Boven is het zo ingericht dat je vooral heel veel kunt doen. Er is een zeilboot waar je in kan en de zeilen bedienen, je kunt touwen knopen en wind veroorzaken door een propeller in beweging te brengen. In de onderzoeksboot van Professor Plons kun je zelf aan het roer staan en je koers bepalen. Er zijn zwemvesten om het allemaal nog echter te maken. In de boot wordt opgemerkt dat we natuurlijk niet met 'muis en man' moeten zinken.
Er is een groot buitenterras dat echt super goed ingericht is voor kinderen en gericht op het thema vervoer op zee. Wanneer leren kinderen (of wie dan ook) het meest? Als er betrokkenheid is. En die zagen we. Het was heerlijk om alle kinderen zo hard aan het werk te zien. Sjouwen met lading, lading inscannen en rubriceren, ze werkten ook allemaal samen aan het project. Ieder had zijn eigen rol in het geheel, soms werden er andere kinderen bij betrokken.
Dit zijn kinderen die soms diep denken, maar vooral ook kinderen, dat zagen we deze ochtend. Het was moeilijk stoppen en weggaan, wij hadden daar zo een hele dag zinnig door kunnen brengen!
Voor een indruk:  Véél foto's 

Informatie over Kolibrie KinderCoaching, initiatiefnemer van de PlusKlusKlas

dinsdag 12 februari 2013

Verbaal-performaal, die lastige kloof

Als een kind een IQ-test doet zal het een uitslag krijgen die is opgebouwd uit twee cijfers die het verbale en performale IQ weergeven. Het woord verbaal is nog wel aan te voelen, verbaal is iets met woorden. Performaal is al lastiger. Ik weet dat het te maken heeft met uitvoeren, dingen doen. Toch vond ik het altijd lastig om er een goed beeld van te krijgen en er voor mezelf invulling aan te geven. Als het verbaal- en performaal-cijfer veel van elkaar afwijken (meer dan 15), dan is er sprake van een 'kloof' die vaak als problematisch wordt betiteld. Vandaar dat ik het graag goed wil snappen. Een psychologe legde het een keer zo aan mij uit: het hoofd kan zo snel als een race-auto en de handen hebben het tempo van een fiets. Dat was fijn beeldend, maar de concrete gevolgen?
Door het werken met 'kloofkinderen' (wat een woord, sorry, wel duidelijk), lukt het om steeds duidelijker te krijgen wat het in de praktijk inhoudt, zo'n kloof.

Het verbale deel (ook wel als 'cognitief' benoemd), is vooral bezig met redeneren, verwoorden van allerlei zaken, woordenschat is een belangrijk onderdeel. Verbaal is zeer gerelateerd aan kennis.
Performaal heeft met praktische oplossingen te maken en overzicht van wat er moet gebeuren. Wel zien dat er iets niet klopt, maar moeite hebben met het bedenken van wat er moet veranderen of waar je kunt ingrijpen. Meer concreet: puzzels maken, je spullen in orde hebben voor een bepaalde gebeurtenis, passende acties bedenken als oplossing voor een praktisch probleem. De toetjes-bakjes zijn op maar je wilt toch vla eten, wat nu? Vaste handelingspatronen bieden zekerheid en houvast. Daarvan afwijken kan voor performaal zwakke kinderen daarom heel vervelend zijn en dat laten ze merken. Hierdoor kan het zijn dat je denkt autistische trekjes in je kind waar te nemen die uiteindelijk zijn toe te schrijven  aan de performale vaardigheden van het kind. 
Als het performale presteren zwak is terwijl een kind verder wel als 'slim' bekend staat, kan dat verbazing wekken. Een verbaal-performaal kloof is soms niet zo handig, maar vaak niet onoverkomelijk. Je kunt alle vaardigheden oefenen. Omdat het het kind niet alleen lukt, heeft het hulp nodig bij het aanbrengen van structuur bij dagelijkse terugkerende situaties en vaardigheden. Daarbij is het belangrijk dat die structuur consequent doorgevoerd wordt, dus beide ouders volgen hetzelfde stramien. Een kind keer op keer 'op zijn plaat laten gaan' vanuit het idee 'dan leert hij het wel' is onverstandig, omdat het kind door dergelijke 'fouten' alleen maar onzeker wordt.

Positief blijven herhalen, is de tip die ik van een ouder kreeg. Twee belangrijke elementen: positief en herhalen.



donderdag 7 februari 2013

We bouwden een schip in de PlusKlusKlas


Woensdag was weer een leuke dag. Om te beginnen omdat de groep nu uit zes kinderen bestaat, een verdubbeling dus. Het eerste deel van de ochtend spelen de kinderen met elkaar  verschillende spelletjes. De knikkerbaan wordt ontdekt, de blokken worden creatief gebruikt, er zijn nieuwe spelletjes en voor degene die er voor het eerst is, is sowieso alles nieuw.
Bij het eten en drinken bekijken we een verhaal van Professor Plons, ter voorbereiding van een bezoek aan het Maritiem Museum volgende week. Wat blijken er veel verschillende boten te bestaan! Nu blijkt hoe associatief veel van de kinderen denken. Het ene voorbeeld roept het andere op. We moeten echt met vingers opsteken werken, anders vertelt iedereen tegelijk. Aan het einde van de diavoorstelling vertellen we dat we zelf ook echt naar het Professor Plons-museum gaan. Een aantal kinderen vraagt bezorgd of dat wel op woensdag gaat gebeuren... Ja, dat gaan wij met zijn allen doen volgende week woensdag. Dat heeft een bijzondere uitwerking en brengt de fantasie op gang. Ze hebben er erg zin in!

We gaan zelf een schip bouwen. Dat doe je natuurlijk niet zomaar, daar moet je eerst een ontwerp voor maken. Soms zelfs in de vorm van een echte bouwtekening met aangegeven hoeveel  van welk materiaal benodigd is om het ontwerp uit te voeren. Als iedereen uitgetekend is, inventariseren we wat er in ieder geval in en aan het schip gedaan moet worden. Daarna is het: aan de slag!
De constructie-elementen van Makedo zijn geweldig, gebruiksvriendelijk met vele mogelijkheden. De plastic zaagjes maken overuren, scharnierstukken zorgen voor deuren en patrijspoorten die echt open en dicht kunnen. Het levert wat bende, maar dat hoort in een werkplaats. Het schip is zeker nog niet af, volgende keer mogen ze verder waar ze gebleven zijn.
Klik voor meer foto's.